Vertaal
Vertalingen faire disparaître FR>NL
faire disparaître (ww.) uitgommen (ww.) ; uitroeien (ww.) ; uitvegen (ww.) ; uitvlakken (ww.) ; uitwissen (ww.) ; vlakken (ww.) ; wegvagen (ww.) ; wegvegen (ww.) ; wissen (ww.)
Bron: interglot

Voorbeeldzinnen met `faire disparaître`
Voorbeeldzinnen laden....